Tomás Luis de Victoria – Bladmuziek

Tomás Luis de Victoria (1548 - 1611) was één van de belangrijkste Spaanse componisten van de late renaissance. Als directe opvolger van de Roomse muziektraditie van Palestrina leverde hij een grote bijdrage aan de muzikale ontwikkelingen tijdens de overgang van renaissance naar barok.
Lees in de komende regels meer over het leven van T. L. de Victoria en ontdek op deze pagina bladmuziek van zijn werken!

De jeugd van de componist

Tomás Luis de Victoria werd rond 1548 in Ávila, Spanje, geboren. Zijn muzikale opvoeding kreeg hij als jongeman aan de lokale kathedraalschool, waar hij sinds zijn 10e in het koor zong. Hij werd er niet alleen geschoold in muziektheorie, maar ook in het orgelspel. Vanaf 1554 ging hij naar een jezuïetenschool voor jongens

Roomse periode

Na zijn stembreuk kon de jonge muzikant niet meer in het kathedraalkoor zingen en werd, waarschijnlijk op aanraden van zijn leraar, voor een studie aan een jezuïetencollege naar Rome gestuurd. Dit “Collegium Germanicum” werd in 1540 door de jezuïet Ignatius van Loyola opgericht. De studenten kwamen uit heel Europa, maar voornamelijk uit Duitstalige landen. Na hun tijd in Rome keerden de meesten als priester naar hun thuisland terug, waar ze een positieve bijdrage leverden aan de modernisering van zowel liturgie als muziek. Hier ontmoette Victoria enkele van de grootste componisten van zijn tijd, waaronder ook Giovanni Pierluigi da Palestrina. Vanaf 1572 begon Victoria regelmatig te componeren en zijn werken te publiceren (motetten, missen, hymnes). Hij was verder werkzaam als zanger, organist en koordirigent in meerdere rooms-katholieke kerken en aan het Collegium Germanicum. Hij werd in 1575 tot priester gewijd.

Terugkeer naar zijn thuisland

Waarschijnlijk in 1587 besloot Victoria, uitgeput van de constante strijd om geld en werk, terug te keren naar zijn Spaanse thuisland, waar hij werkte als organist, koordirigent en persoonlijk kapelaan van koningin Maria in Madrid. In Madrid had Victoria daarnaast veel meer tijd om te componeren. Hij richtte zich hoofdzakelijk op redactiewerkzaamheden en zorgde ervoor dat veel van zijn oudere werken opnieuw uitgegeven werden. Hij stierf in 1611. Hij werd met grote eer in het klooster Descalzas Reales bijgezet, waar hij zelf meer dan 20 jaar van zijn leven doorgebracht had.

Werk van de componist

Tomás Luis de Victoria schreef uitsluitend religieuze composities. Muzikaal steunt Victoria in eerste instantie op de vocale polyfonie van Palestrina, maar voegt hier veelzijdige Spaanse melodieën aan toe. In lijn met de muzikale ontwikkeling van de late 16e eeuw vonden muziekinstrumenten geleidelijk hun weg naar de muziek van de componist. Vanaf 1580 was de praktijk van het “colla parte”-spel (het gelijktijdig spelen van vocale stemmen door instrumenten, meestal door orgel of strijkers) al relatief wijdverbreid en na 1600 ontwikkelde een vroege vorm van het “basso continuo” dat destijds meestal door orgel of fagot gespeeld werd.

Verder naar:

• Motetten van T. L. de Victoria – Bladmuziek
• Missen van T. L. de Victoria – Bladmuziek
• Psalmen van T. L. de Victoria – Bladmuziek
• Magnificat van T. L. de Victoria – Bladmuziek
• Transcripties voor houtblazers van T. L. de Victoria
• Bladmuziekdownloads van T. L. de Victoria